Hergebruik van fysiek ongewijzigde omgekeerde T-liggers
De technische haalbaarheid van hergebruik van omgekeerde T-liggers is aangetoond door herberekeningen uit te voeren voor twee fictieve situaties, waarin liggers uit 1980 van leverancier Liesbosch zijn toegepast in een kunstwerk met dwarsprofiel van een erftoegangsweg (8,6m breed met randafstand van 0,7m) en een gebiedsontsluitingsweg (12m breed met randafstand van 1,4m). Het kunstwerk is hierbij gelegen over de rijksweg. Uit de herberekeningen volgt dat de liggers over zowel voldoende momentcapaciteit als dwarskrachtcapaciteit beschikken om in een nieuwe situatie te worden toegepast. De dikkere druklaag in de nieuwe situatie resulteert in meer capaciteit van het brugdek. De liggers zijn ook getoetst op vermoeiing. De spanningen wijzigen t.o.v. het ontwerp door een toename in gewicht van de dikkere druklaag. Desondanks voldoen de toetsen van beton op druk en spanningswisseling in de strengen, waarmee een oneindige vermoeiingsrestlevensduur is aangetoond voor de liggers in een nieuw toepassingsgebied.
Tot slot is de scheurwijdte getoetst op basis van toelaatbare spanningswisseling in de voorspanstrengen. Deze toets voldoet ruimschoots, waarmee wordt voldaan aan de duurzaamheidseisen. Zodoende concluderen wij dat hergebruik van fysiek ongewijzigde omgekeerde T-liggers technisch haalbaar is. Door de fors hogere capaciteit zijn de liggers ook toepasbaar voor een viaduct in de Rijksweg.
De toepasbaarheid van de liggers wordt vergroot als de liggers gemodificeerd kunnen worden. Voor een virtuele situatie is gewerkt met fysiek gewijzigde omgekeerde T-liggers door deze in te korten en de kruisingshoek aan te passen. Inkorten en aanpassen van de scheefheid van liggers is nader beschouwd door de invloed op de reeds uitgevoerde toetsingen van de Liesbosch liggers inzichtelijk te maken. Het inkorten van liggers zorgt voor een positief effect op alle uitgevoerde toetsingen. Het optredend moment en de optredende dwarskracht wordt bij een kortere overspanning lager, terwijl de capaciteit voor buigend moment gelijk blijft in de middendoorsnede. De aanwezige beugels zijn afdoende om de resterende dwarskracht op te nemen. De spanningen bij de vermoeiingscontrole worden lager bij een kortere overspanning.
Voor het inkorten van de liggers is een extra controle nodig op splijten. Deze toets is uitgevoerd voor de Liesbosch liggers die fictief aan beide zijden zijn ingekort met 1m. Hieruit volgt dat de lagere voorspankracht (vanwege krimp, kruip en relaxatie) en toename in betonkwaliteit van de ligger, de toets op splijten zodanig positief beïnvloedt dat de opneembare kracht groter is dan de optredende splijtkracht. Verwacht wordt dan ook dat de voorspanning na inkorten van een ligger niet zorgt voor scheurvorming. Dit wordt bevestigd door een praktijksituatie waarbij liggers van Haitsma zijn ingekort, waarbij na het inkorten geen splijtscheuren zijn opgetreden. Zodoende concluderen wij dat hergebruik van ingekorte omgekeerde T-liggers, technisch haalbaar is. Daarmee is ook het wijzigen van een scheve ligger naar een rechte ligger mogelijk. Het aanpassen van de scheefheid kan in beperkte mate tot ca. 80% van de originele lengte.
Om aan te tonen dat liggers zonder onherstelbare schade zijn te demonteren, zijn op 6 februari 2021 liggers gedemonteerd en naar een opslagterrein getransporteerd. Deze liggers lagen al 40 jaar in het viaduct Kromwijkdreef in de A9, (zie pagina 'Inhoudelijke bevindingen') en zijn in goede staat gedemonteerd. Voor de sloopwerkzaamheden is een notitie gemaakt waarin het demontageproces beschreven is. Het onderzoek naar de technische haalbaarheid geeft een positief beeld.
In de pilotfase gaan we de liggers voor hergebruik geschikt maken en toepassen bij het samenstellen van een nieuw viaduct. Gekozen is om hierin een voorinvestering te doen omdat de gelegenheid zich voordeed. Het demonteren is met videobeelden gedocumenteerd. De gedemonteerde liggers hebben een druklaag en een gedeelte van de eindbalken. In fase 2a worden deze liggers verder behandeld voor hergebruik in fase 2b.